Leuven scoort slecht op klimaatrapport: "Leuven kan als enige centrumstad geen windmolens plaatsen"
Een dag na het nieuws dat Leuven de culturele hoofdstad van Europa wordt, volgt nu wat minder nieuws over 2030. Want van de doelstelling om tegen dan de CO2-uitstoot met 80 procent in de stad te laten dalen blijft twee jaar na het uitspreken van die ambitie niet veel meer over. Uit een berekening die oppositiepartij N-VA heeft uitgevoerd op basis van cijfers van de Vlaamse Overheid, blijkt dat tussen 2011 en 2023 de uitstoot in Leuven maar met 12,4 procent is gedaald. En daarmee is Leuven van alle Vlaamse centrumsteden de op één na slechtste leerling van de klas.
Twaalfde van de dertien centrumsteden, oftewel voorlaatste. De stad Leuven scoort niet bijster goed op het klimaatrapport. Alleen Roeselare laat met 6,85 procent tussen 2011 en 2023 een kleinere daling van de CO2-uitstoot opmeten. Met 12,4 procent doet Leuven het beduidend minder dan bijvoorbeeld Brugge (31,19%) of Gent (23,84%).
"Ik moet dat wat nuanceren. Als we gaan kijken binnen de cijfers, dan zien we in de eerste plaats dat onze huishoudens het heel goed doen. De Leuvense huishoudens hebben sterk geïnvesteerd om hun woningen te verduurzamen. Maar we zien ook in de categorie bedrijven dat we nauwelijks dalen in de CO2-uitstoot. Dat kan genuanceerd worden doordat er meer bedrijven zijn dan vroeger. Daarnaast is Leuven als enige centrumstad niet in de mogelijkheid om windmolens te plaatsen door de nabijheid van de luchthaven", vertelt schepen van Klimaat Thomas Van Oppens (Groen).
Klimaatcontract
Ook per inwoner daalt de CO2-uitstoot in Leuven trager dan in de andere centrumsteden. Volgens oppositiepartij N-VA komen die cijfers niet overeen met het imago van Leuven.
"Het verschil tussen wat men belooft en beweert en de eigenlijke resultaten is hemelsbreed. Dus volgens ons is dit perceptiepolitiek. Men doet alsof men de beste is, maar is eigenlijk bij de slechtste. Wees realistisch in uw communicatie, en zet stappen vooruit. Maar beloof niet wat je niet kan waarmaken," zegt fractieleider Zeger Debyser (N-VA).
Daarmee doelt Debyser op het klimaatcontract uit 2023 om tegen 2030 de CO2-uitstoot met 80 procent te laten dalen, en tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. Maar dat lijkt voorlopig bijzonder veraf.
"We blijven bij die ambitie om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn, maar dat gaat enorme investeringen vragen. Die investeringen gaan niet alleen gedragen worden door de stad. Die zullen ook gedragen worden door beslissingen van hogere overheden. Daarnaast kijken we ook naar Europa, Vlaanderen en België om te investeren in die transitie voor onze inwoners en bedrijven. Het is dan ook weer spijtig om te zien dat de Vlaamse overheid recent nog daarin subsidies geschrapt heeft", aldus Van Oppens.