Nieuwe studierichting bus- en autocarchauffeur aan De Prins in Diest moet helpen tekort aan buschauffeurs op te vangen
Aan De Prins in Diest kunnen leerlingen sinds dit schooljaar een unieke studierichting volgen: een zevende jaar bus- en autocarchauffeur. De opleiding combineert voorbereiding op het theoretisch en praktisch rijexamen met extra vakken zoals talen en sociale vaardigheden. Dat biedt de leerlingen meteen uitzicht op een job in een sector waar de vacatures voor het rapen liggen, want al jaren is er een groot tekort aan chauffeurs.
Werkzekerheid
Sinds dit schooljaar kunnen leerlingen aan De Prins in Diest een zevende specialisatiejaar bus- en autocarchauffeur volgen. De vraag kwam vanuit de sector zelf, want er is nood aan extra buschauffeurs. "Er zijn veel openstaande vacatures, waardoor er een heel grote werkzekerheid is", zegt Karolien Leemans. "En daarnaast is er een tekort aan buschauffeurs om leerlingen naar school te brengen."
"Er zijn veel mogelijkheden om tewerk gesteld te worden." Karolien Leemans, Directieteam De Prins
(Lees verder onder de foto.)

Eén leerling
Enkel op een school in Brugge kan je de opleiding sinds dit jaar ook volgen. Al is er voorlopig nog maar weinig bekendheid. Hier aan de Prins is nog maar één iemand ingeschreven, en dat is Manu. Hij doet het op z'n tweede dag al heel goed op de openbare weg.
(Lees verder onder de foto.)

Chauffeur van een schoolbus worden is zijn grote droom. "De verantwoordelijkheid om de kinderen zonder ongevallen naar huis te brengen trekt me aan", zegt Manu Coosemans. "En ik vind het ook heel spannend, je moet alles in het oog houden."
"Sommige mensen zeggen dat het gemakkelijk is om buschauffeur te worden, maar eigenlijk is het wel moeilijk." Manu Coosemans, Leerling
Eerste opleiding ooit
Het is de eerste opleiding tot bus- en autocarchauffeur ooit in het middelbaar. Verder kan je wel een opleiding volgen bij bijvoorbeeld de VDAB en De Lijn. Die duren slechts enkele weken, en zijn veel minder omvattend dan het schooljaar hier aan de Prins. Want naast de voorbereiding op het theoretisch en praktisch rijexamen, krijgen de leerlingen ook Engels en Frans voor de toeristische sector, en heel wat andere vaardigheden aangeleerd.
(Lees verder onder de foto.)

"We noemen dat vakbekwaamheid", zegt Kris Goossens. "We leren hem aan hoe hij moet omgaan met de passagiers, wat hij moet vermelden als ze op- en afstappen, en hoe hij zich moet gedragen bij een ongeval of pech", klinkt het. De leerlingen doen na de paasvakantie stage in een busbedrijf. Ook leerlingen zonder autorijbewijs mogen aan de opleiding starten, zij behalen dat automatisch op het einde van hun buschauffeuropleiding.